De naam kan verklaard worden als de verbinding van Rure (Roer) met het Latijnse mundium, dat versterking betekent. Waarschijnlijk is de naam niet afgeleid van Rure met het Oudnederlandse -(ge)munde, dat monding betekent, want in de twaalfde eeuw mondde de Roer nog niet bij Roermond in de Maas.
De plaatsnaam Maasniel duikt al op in de zogenaamde Balderik-oorkonde uit 943. Daarin gaf bisschop Balderik van Utrecht een aantal hoeven met lijfeigenen in vruchtgebruik aan zijn schoonzuster en haar zonen. Enkele van de hoeven lagen in Nieol. Men neemt aan dat hiermee Maasniel en niet Waldniel (D) bedoeld is. Nieol is waarschijnlijk afgeleid van een Germaanse woord, niwialha of nihwulia. Het eerste woord betekent ‘nieuw huis’, het tweede ‘geworpen in de diepte’. Maasniel is dus te verklaren als ‘nieuw huis bij de Maas’ of als ‘gelegen in de diepte van de Maas’.
In 1968 herdacht de gemeente Herten haar duizendjarig bestaan. Natuurlijk bestond niet de gemeente een millennium, maar werd de naam Herten duizend jaar geleden voor het eerst genoemd. In 968 schonk koningin Gerberga van Frankrijk aan de Sint-Remigiusabdij te Reims onder meer de villa (herenboerderij) Hertra. Dit Hertra is Herten. Volgens één verklaring zou daar een heiligdom voor de Germaanse godin Hertha geweest zijn. Later zou op die plek een Romeinse tempel en nog later een christelijke kerk gesticht zijn. Christelijke kerken werd vaker op de plaats van hun Romeinse en Germaanse voorgangers gebouwd. In de onderbouw van de in 1881 afgebroken Sint-Michaëlkerk van Herten zijn Romeinse bouwmaterialen aangetroffen, zoals dakpannen en tufsteen. Verder is Sint-Michaël de opvolger van de Romeinse god Mercurius, de bode tussen de oppergod en de mensen. Maar de naam Herten zou ook afkomstig kunnen zijn van het dier hert. En omdat in oude documenten een enkele maal de vorm Harthem voor Herten wordt gebruikt, kan Herten ook zijn samengesteld met het woorddeel -heem (huis).
Swalmen wordt voor het eerst vermeld in een opgave van de inkomsten van de Onze-Lieve-Vrouwekerk van Aken van rond 1100: Sualmo. Het dorp, dat zal niet verbazen, dankt zijn naam aan het riviertje de Swalm. Mogelijk is ook de uitgang -en een verzwakking van -heem, zodat de betekenis ‘huis aan de Swalm’ zou zijn. De riviernaam Swalm op zijn beurt zou van het Oudhoogduitse suellan komen, in het Nederlands zwellen, omdat het water van het riviertje na hevige regenval snel zou stijgen en buiten de oevers treden. Overigens hebben veel woorden van Germaanse oorsprong met een beginklank zw- associaties met een slingerende beweging, zoals zwaaien, zwenken, zweven en zwieren.
De hier besproken vier plaatsnamen werden door de eeuwen op veel verschillende manieren geschreven (zie afbeelding Alexis Hubert Jaillot naar Nicolas Sanson d'Abbeville, kaart van Spaans Gelderland (1681)).