Geboren |
12 maart 1898 Ober-Klingen (D) |
Gedeporteerd |
|
Vermoord |
9 april 1943 Sobibor |
Adres |
Godsweerderstraat 20, Roermond |
Familie |
Zoon van Zacharias Wolf en Amanda Fränkel, broer van Arnold Wolf, neef (tantezegger) van Emma Lehmann-Wolf, echtgenoot van Hermine Johanna Elisa Goudsmit, vader van Herbert Wolf en Fanny Felice Wolf |
Albert Wolf, kleermaker van beroep, zijn echtgenote Hermine Goudsmit en hun kinderen Herbert en Felicitas vestigden zich in 1936 als Duits-Joodse vluchtelingen in Roermond, de geboorteplaats van zijn vrouw. Tijdens de tweede Roermondse deportatie werd het gezin op transport gesteld naar Westerbork. Een grafsteen staande op een leeg graf op de nieuwe joodse begraafplaats in Roermond herinnert aan de vrijwel uitgeroeide familie Wolf. De tekst luidt: ‘ter herinnering aan onze beminde familieleden die door de vijand in 1943 weggevoerd werden en niet terugkeerden’. Daaronder worden onder meer de namen van Albert, Hermine, Herbert en Felicitas vermeld.
Albert Wolf (1898-1943) met echtgenote Hermine Goudsmit en hun kinderen Herbert en Fanny Felice.Links
Literatuur
- Hein van der Bruggen, ‘De ondergang van joods Roermond 1940-1945’, Spiegel van Roermond 14 (2006), p. 20-51
- John Vaessen, ‘Dood, maar niet vergeten’. Graven en grafkelders op ‘den Aje Kirkhaof’ te Roermond (Roermond 2019), p. 299
- Hein van der Bruggen, Aspecten van Joods Leven in Roermond en Midden-Limburg 1275-2018 (Hilversum 2021), p. 229, 244, 251-252, 277