|
Geboren |
18 maart 1928 Ober-Klingen (D) |
|
Gedeporteerd |
|
|
Vermoord |
19 november 1942 Auschwitz |
|
Adres |
Scheidingsweg 118, Roermond |
|
Familie |
Dochter van Leopold Wolf en Paula Adler, zuster van Hilde Wolf |
Het gehele gezin Wolf, bestaande uit vader, moeder en twee dochters werd door de nazi’s vermoord. Ruth Wolfs oudere zus Hilde was reeds bij de eerste deportatie van Limburgse Joden op 25 augustus 1941 op transport gesteld en in Auschwitz vrijwel onmiddellijk na aankomst vergast. De veertienjarige Ruth Wolf maakte samen met haar ouders deel uit van de tweede deportatie uit Limburg op 11 november 1942. Kort daarna werden ze op transport gezet naar Auschwitz. Voordat de trein vanuit Westerbork het vernietigingskamp bereikte werd haar vader Leopold Wolf met andere mannelijke lotgenoten op het goederenstation Cosel op brute wijze door de nazi’s gedwongen de trein te verlaten om elders dwangarbeid te gaan verrichten. Ruth en haar moeder konden nauwelijks afscheid nemen en werden doorgestuurd naar Auschwitz, waar zij na aankomst de gaskamer in werden gedreven.
Links
Literatuur
- Hein van der Bruggen, ‘De ondergang van joods Roermond 1940-1945’, Spiegel van Roermond 14 (2006), p. 20-51
- Hein van der Bruggen, Aspecten van Joods Leven in Roermond en Midden-Limburg 1275-2018 (Hilversum 2021), p. 244, 274, 277