Omstreeks 11.00 uur op die dag was een gezelschap met Moll bij de grensovergang Maalbroek. Moll wist de plaats redelijk nauwkeurig te duiden, maar kon niet met zekerheid de juiste plek aanwijzen. De politie liet met grondboren het gebied afspeuren. Het duurde niet lang totdat men in een kuil van drie bij drie meter een aantal lijken vond op een diepte tussen 80 en 100 cm. Een dag later was het eindelijk zover en werd het massagraf geheel opengelegd. Het graven werd meteen stopgezet en de Dienst Identificatie en Berging werd gewaarschuwd. Zij begonnen op 28 augustus met de berging van de slachtoffers.
Op de Markt stelde zich onder grote belangstelling een indrukwekkende stoet op. Nadat de stoet zich in beweging gezet had, trok deze door de straten van Roermond gade geslagen door duizenden belangstellenden. De herbegrafenis vond plaats op donderdag 11 september 1947 op het Oude Kerkhof. Het was een stralende nazomerdag. De gebroeders Oljans werden op het protestantse gedeelte begraven, de andere slachtoffers waren allemaal katholiek en werden op het katholieke gedeelte begraven.
In 1948 werd het besluit genomen om de begraafplaats Oude Kerkhof te sluiten. Op het nieuwe kerkhof Tussen de Bergen zou een monument worden opgericht ter nagedachtenis van de in het Elmpterwald geëxecuteerden en de slachtoffers van het bombardement op 11 november 1944. De nabestaanden ontvingen een brief van de burgemeester waarin het voornemen werd uitgesproken om een monument op te richten op de nieuwe Algemene Begraafplaats. De kosten van het opgraven, overbrengen en opnieuw begraven van de stoffelijke overschotten zouden geheel voor rekening van de gemeente zijn. Aan het einde van de brief werd toestemming gevraagd om de slachtoffers op te graven. Alle nabestaanden gaven hun toestemming.
De onthulling van het nieuwe monument zou op 4 mei 1950 plaatsvinden. De gemeente verstrekte een lijst met slachtoffers die moesten worden opgegraven. Op deze lijst ontbraken Thijs en Wicher Oljans. In de weken voorafgaand aan de onthulling werden de slachtoffers opgegraven op het Oude Kerkhof en herbegraven bij de plaats van het monument op de nieuwe begraafplaats. Omstreeks 19.00 uur begon de plechtigheid. Het monument was gehuld in de nationale driekleur. In aanwezigheid van de nabestaanden sprak burgemeester Geuljans een herdenkingsrede uit. De stoffelijke overschotten van Thijs en Wicher waren niet overgebracht. Een pijnlijke fout van de gemeente.
Op 27 mei ontving het College van B en W een brief van de Nederlands Hervormde Gemeente waarin een grove fout betreffende de slachtoffers werd beschreven: ‘De Nederlands Hervormde Gemeente te Roermond en met haar de kerkenraad zijn pijnlijk getroffen door het ontbreken van de twee namen van de twee Protestantse slachtoffers op de obelisk. Waar hier de elf Rooms-Katholieke slachtoffers der fusillade wel een laatste rustplaats kregen in dit gemeenschappelijke graf en hun namen op deze zuil vereeuwigd werden, zijn wij verontrust door deze duidelijke achterstelling, te meer daar de ouders enige tijd geleden op verzoek schriftelijke toestemming hebben verleend tot overbrenging van de lichamen.’
Zij drongen aan op maatregelen om dit pijnlijke verzuim te herstellen. Het college stelde vragen. Het duurde echter nog tot begin juli voordat de goede verstandhouding weer hersteld was.
In 1984 werd de 73-jarige Matthaeas als verantwoordelijke voor het executiedrama geïnterviewd in zijn woning in Salzgitter-Lebenstedt. Zijn commentaar was: ‘Für mich ist die Sache erledigt.’