Er werden feestjes georganiseerd voor de lokale kinderen. Er werden zelfs financiën vrijgemaakt. Er werd speelgoed aangevoerd vanuit België. Voedsel en snoep werden ter beschikking gesteld. De kinderen genoten met volle teugen van het feest. In het bezette Roermond werd toch getracht een leuk Sinterklaasfeest te organiseren voor de kinderen. De zusters in de Steegstraat hadden nog wat speelgoed in voorraad. Zij maakten pakjes voor de kinderen. Helaas was er geen snoepgoed meer. Zuster Remmers uit de Steegstraat schreef in haar dagboek: ‘We hadden gezegd, dat Sinterklaas niet door de vuurlinie zou kunnen komen, maar de kinderen meenden, dat hij toch wel met een bootje over de Maas zou komen of per parachute!’
De patrouilles over en weer gingen gewoon door. Ook met Kerstmis. In de vroege avond van de tweede kerstdag ging een Britse patrouille op pad. Lieutenant Crockford rapporteerde: ‘We moesten de boomgaarden en de panden rond Hatenboer en de restanten van de steenfabriek onderzoeken. Ik besloot om met mijn peloton het gehele gebied vanaf de rijksweg Horn-Roermond tot Oolderhuisje te doorzoeken. Het was koud en onder onze schoenen kraakte het ijs op waterplassen.’
Door een samenloop van omstandigheden waren er aan Duitse zijde ook plannen gemaakt om ter hoogte van de vernielde Maasbrug de Maas over te steken met als opdracht om krijgsgevangenen te maken. Men had uit observaties waargenomen dat er in de twee huizen, gelegen vlak achter de Maasbrug langs de weg naar Horn, Engelse soldaten zaten. Oberleutnant Heine roeide met zijn groep ter hoogte van de huidige Arloflat de Maas over. Ze trokken op in de richting van de huizen.
Ken Crockford bemerkte al snel dat er iets niet in de haak was. Er volgde een vuurgevecht van ongeveer twintig minuten. De Engelsen konden het kreunen van de Duitse gewonden horen. De Duitsers deden nog enkele pogingen om het pand binnen te dringen.
Crockford kwam hierdoor in de problemen: ‘Soldaat Parkes vuurde een Piat in de richting van de Duitsers. Hij schoot en er klonk een luide knal. We hoorden geschreeuw en het Duitse vuur stopte. Toen het licht begon te worden zagen we in de schemering dat de Duitsers hun gewonden aan het verzamelen waren.’
Zij bereikten ongezien Roermond.
Op heel veel plaatsen werd Kerstmis in de kelder gevierd. Van een echte kerstviering was geen sprake. Hier en daar werd in de kelders een Heilige Mis gehouden. Toch werd geprobeerd om een feestelijk diner op tafel te zetten. Mevrouw Groenendaal schreef hierover: 'We maakten van ons Kerstontbijt, wat er van te maken viel. Een paar takjes hulst op het ontbijtlaken en er was een gekookt ei en er was kunstboter van taptemelkpoeder met water en zout en een paar druppels olie! Ons Kerstdiner was sober, soep uit een pakje, spruitjes, aardappelen en vlees uit een weckglas, ons door goede gevers geschonken. Taptemelkpudding met water en daarbij kersen uit de weck. Wij vonden het een “Diner”.'
Oudejaarsdag was een rustige en mistige dag. In de avonduren werd wederom een Duitse patrouille op pad gezonden. Nu was de steenfabriek in Hatenboer het doel. De oplettendheid van de Britse soldaten had tot gevolg Dat de Duitsers zich moesten terugtrekken. Hals over kop moesten ze terug naar de bootjes achter de hoeve Maaswaard. Op de terugweg werden ze beschoten door Britse artillerie. Het jaar 1944 liep ten einde zonder dat er uitzicht was op een spoedige bevrijding van Roermond.