Het kamp bestond uit twee rijen tegenover elkaar staande huisjes met een grasveld in het midden. Aan de kopse kanten stonden twee langwerpige houten barakken die meerdere functies hadden. In de ene barak woonde niet alleen de beheerder, maar was ook de centrale keuken gevestigd en een behandel- of kraamkamer. In de andere was een gebedsruimte (kerk) ingericht en een ontspanningsruimte (kantine).
Het kamp was fijn voor de kinderen, want er was veel ruimte om te spelen, maar de woonsituatie was ronduit slecht. De nissenhutten waren niet ruim voor de grote gezinnen en boden weinig privacy. Niet fijn, zeker als je heimwee en oorlogstrauma’s te verwerken hebt.
Locatie:
A - weg langs het kamp
B - haven
C - Ernst Casimirkazerne
D - ingang
Voorzieningen:
E - beplanting
F - moestuin
G - grasveld
H - sportterrein met springbalk
I - kinderspeelplaats
J - tegels
K - kantine (houten barak)
L - kerk (houten barak)
M - centrale keuken (houten barak)
N - behandelkamer/kraamkliniek (houten barak)
O - badkamer + wasruimte (houten barak)
P - drie keukens + toilet (nissenhutten)
Q - vier keukens + toilet (nissenhutten)
Woningen:
1 t/m 14 - nissenhutten
15 - beheerderswoning (houten barak)
