Dora, een vijftienjarig meisje uit Herten beschreef de omstandigheden in de trein: ‘Voordat wij er erg in hadden stonden wij dan onder begeleiding bij de veewagons, zwaar beladen met ieder zijn rugzak. Wat wij voor volslagen onmogelijk hielden ging gebeuren toen een Grüne, met zijn barbaars karakter, ons toeschreeuwde om in te stappen terwijl hij de deur opende. Maar tot onze verbazing zat deze veewagon al propvol met mensen. Wij werden naar binnen geduwd of getrokken met behulp van een laddertje. Een onbegrijpelijke vreselijke situatie. Er was geen plaats, alleen staan of zitten op de rugzak kon. Toen de schuifdeur met woest geweld werd gesloten voelden we ons als gevangenen. De trein zette zich in beweging in een tergend langzaam tempo. Er was geen licht. Een isjkoude ruimte zonder toilet. Dit laatste was heel erg in de duisternis. Dit alles was een beproeving zoals we nog nooit hadden meegemaakt. Circa 70 mensen in een veewagon. Ondanks de misere was er een grote solidariteit. De een zorgde voor de ander om plaats te maken. Zo kregen we om beurten de gelegenheid om te kunnen zitten. ’s Nachts sukkelden we in slaap, met de rug tegen elkaar. Een melkkoker bood uitkomst als WC. Een luikje in de veewagon werd gebruikt om de melkkan leeg te gooien. Zonder onderbreking ging de reis verder.’

Artikel 23 Evacués zoeken een plaats in de veewagons (H. Theunissen).jpg
Evacués zoeken een plaats in de veewagons (Collectie H. Theunissen)

Sommige mensen hadden iets meer geluk en hoefden niet te wachten in de pannenfabriek maar konden meteen door. Zo ook Harrie Vaessen met familie: ‘Aankomst in Brüggen om 18.00 uur. De trein stond klaar, maar deze uit zestig wagons bestaande ‘Zug’ vertrok pas om vijf minuten over half één ’s nachts. We waren met tweeëndertig personen in een wagon waarmee we eigenlijk boften omdat in andere wagons zestig personen aanwezig waren. Er werd ons warm eten beloofd maar dat is nimmer komen opdagen.

25 januari: Vreselijk lange en vervelende reis met veel kou en vooral veel dorst. Eten hadden we voldoende meegenomen en daar hadden we dan ook geen gebrek aan. Overal sneeuw, sneeuw en nog eens sneeuw en als de trein stilstaat scheppen we wat sneeuw om de dorst te lessen. We proberen wat te slapen op het stro dat in de wagons ligt maar natuurlijk lukt dat niet.

Vrijdag 26 januari: Om precies 01.00 uur ’s nachts aankomst in Groningen. We hebben de hele reis gemaakt over Duits grondgebied en passeerden bij Nieuwe Schans de Nederlandse grens. Op dit perron worden we getracteerd op verse broodjes met worst en vooral op ....... water! Om 03.00 uur ’s nachts vertrekken we naar Leeuwarden waar we om half acht aankwamen. We hadden nu alles bij elkaar zeven uur gelopen en achtendertig uur in een beestenwagon gezeten.’

 Bij aankomst wachtte de evacués een medische controle en daarna kregen zij een warme kop soep met brood. Van daaruit werden zij naar hun ‘voorlopige’ onderkomen gebracht.

Door Eric Munnicks